29 januari 2016

 

ACV verzoekt MOD om "Reg TRAVARB" aan te passen.

Militairen op straat

Militairen van verschillende eenheden leveren al één jaar steun aan de federale politie door samen met hen te patrouilleren en cruciale punten in verschillende steden te bewaken. Deze militaire opdracht , “Operatie Vigilant Guardian” (Ook operatie Homeland genoemd) vindt plaats in het kader van de hulp die Defensie aan de natie kan bieden bij een verhoging van het dreigingsniveau.

ACV Openbare Diensten is vanaf het begin van deze actie begaan met het welzijn van de militairen die eraan deelnemen. We stelden heel wat problemen vast en hebben hiervoor al verscheidene interventies ondernomen bij de overheid.

In eerste instantie legden we ons toe op de veiligheid en het welzijn van deze militairen. Hierover interpelleerden we de militaire overheid en stelden vragen over het type opdracht, de inzetmodaliteiten, het wettelijke kader, de veiligheid van het personeel en de maatregelen die worden getroffen om de welzijnsnorm te handhaven.

We klagen reeds een vol jaar aan, dat het logement in het kwartier te Peutie niet meer voldoet aan de huidige woonnormen. Een vraag over deze huisvesting lieten we in de Kamercommissie Landsverdediging aan de minister van Defensie, Steven Vandeput, stellen op 8 juli 2015. Tot op heden constateren we dat dit logement nog steeds niet aan de woonnormen voldoet.

Maar ook door de intensiteit en de fysieke belasting van de inzet merken we dat verschillende militairen lichamelijke klachten (zoals ontstekingen, hoofdpijn, …) krijgen van de overbelasting. Dikwijls proberen ze die dan te verdoezelen door het nemen van medicatie die de pijn onderdrukken.

En diezelfde intensiteit zorgt ervoor dat het evenwicht die bewaard moet worden tussen werken en privéleven zwaar verstoord is. En dit heeft alles te maken met de inzetvorm van de militairen in steun bij de Federale Politie en de functionele training die eveneens moeten doorgaan om de specifieke militaire competenties van de eenheden te behouden.

Balans Werk / privéleven

Zoals hierboven al gemeld, zijn er twee samenkomende redenen die de balans tussen werken en privéleven zwaar verstoren. Enerzijds worden alle voorziene oefeningen die op het programma staan om de eenheid operationeel te houden uitgevoerd en anderzijds worden de militairen die deelnemen aan de “Operatie Vigilant Guardian” in de deelstand “In militaire bijstand” geplaatst. Voor sommige eenheden bedraagt de inzetperiode meer dan 50% van de arbeidstijd. Hierdoor kan de militair nog maar weinig tijd doorbrengen bij zijn familie.

De operationele deelstand “In militaire bijstand” waarin de deelnemende militairen van de operatie homeland worden geplaatst, hebben verschillende gevolgen voor dit personeel.

work-life-balance

Financieel ontvangt dit personeel per 24 uur inzet een toelage van 5/1850 sten van de brutowedde en een vergoeding van € 32,55. Hiervoor kunnen ze onbeperkt worden ingezet. In het weekeinde of op feestdagen krijgt deze militaire bijkomend een weekendtoelage van € 50 (te indexeren en onderhevig aan de bedrijfs-voorheffing) per dag.

Voor deze financiële tegemoetkoming kan de militair gedurende verschillende dagen, weken, maanden ingezet worden van ’s morgens heel vroeg tot ’s avonds laat en indien nodig zelfs ’s nachts, zonder dat hij zijn gezin en zijn familie ziet. Voor de opdracht in Brussel voorziet Defensie logement in het kwartier te Peutie, deze in Antwerpen logeren in het kwartier te Brasschaat.

Maar buiten deze financiële tussenkomst zou men kunnen denken dat de militair ook nog een tussenkomst in tijd ontvangt. Niets is minder waar!

Geen tegemoetkoming in tijd!

Voor de militairen die geplaatst worden in de deelstand “In militaire bijstand” wordt per dag een dagprestatie aangerekend van 7 uur en 36 minuten, ongeacht het werkelijk aantal uitgevoerde uren. Voor een zaterdag of een zondag wordt zelfs niets (0 uren) aangerekend, ongeacht het aantal werkelijk uitgevoerde uren.

Dit houdt in dat je op een week van 7 dagen werken, 38 uur (5 maal 7 uur 36 minuten en 2 maal 0 uur) aangerekend krijgt. Dit komt overeen met de normale arbeidsweek van een militair met als gevolg dat de militair geen enkel teveel gewerkt uur kan compenseren.

Reglement TRAVARB

Het reglement met betrekking tot de arbeidstijdregeling (Reg TRAVARB) behandelt in deel VI de verloven en dienstontheffingen tijdens de deelstand “In operationele inzet”, “In militaire bijstand”, “in hulpverlening” en gelijkgestelde opdrachten. Dit deel werd echter geschreven voor de alom gekende opdrachten in het buitenland en kent een dienstontheffing toe bij definitieve terugkeer, na een opdracht van minder dan 9 maanden, van 1 dag per gepresteerde dienstmaand en 1 bijkomende dag indien de opdracht minimaal 4 maanden duurde. Voor opdrachten van meer dan 9 maanden wordt een dienstontheffing van 2,5 werkdagen per gepresteerde dienstmaand voorzien.

Aangezien dat de operatie “Homeland” valt onder de deelstand “In militaire bijstand” vroeg ACV Openbare Diensten aan de directeur generaal Human Resources of dit deel ook van toepassing is voor deze operatie die op eigen grondgebied plaatsvindt. We kregen hierop een positief antwoord.

ACV Openbare Diensten stelt vast dat de toekenningsvoorwaarden van deze dienstontheffing dienen aangepast te worden. Voor de operatie homeland worden eenheden ingezet voor één of meerdere weken. Deze eenheden worden afgelost en pas opnieuw na een bepaalde periode ingezet. Doordat deze operatie niet per maand wordt ingevuld, bekomt de militair onder de huidige bepalingen van het reglement TRAVARB geen dienstontheffing. Nochtans is deze dienstontheffing maar een heel kleine tegemoetkoming in tijd van de overheid voor de zware belasting die zo’n operatie voor de militair en zijn familie met zich meebrengt.

ACV Openbare Diensten heeft dan ook op 20 januari 2016 een officiële vraag gericht aan de minister van Defensie, Steven Vandeput, om dit deel VI van het reglement TRAVARB te herbekijken en aan te passen aan de manier van inzet op het nationaal grondgebied. Concreet stelt ACV Openbare Diensten voor om alle inzetperiodes op te tellen en per 30 kalenderdagen in een dienstontheffing te voorzien.

Kort samengevat

Elke operationele inzet heeft een zeer sterke impact op het sociale en familiale leven van de deelnemende militairen en brengen de balans tussen werk en privé in onevenwicht.

De dienstontheffing op het einde van de operationele inzet zorgen voor een beperkte compensatie hiervan.

ACV Openbare Diensten verzoekt om het reglement TRAVARB in die zin aan te passen.

 


Download de "pdf" versie van deze nieuwsbrief