31 mei 2021
Maaltijdcheques voor militairen
Onderhandeling maaltijdcheques
Het toekennen van maaltijdcheques voor militairen kadert in het “POP” plan van de minister van Defensie, Ludivine Dedonder, en is erop gericht de koopkracht van de militairen te verhogen en het beroep van militair attractiever te maken.
De maaltijdcheques zullen een nominale waarde hebben van 6 euro. De maaltijdcheque is een extra legaal voordeel dat altijd bestaat uit een bijdrage van de werkgever (4,91 euro) en een minimale bijdrage van de werknemer van 1,09 euro. De werknemersbijdrage zal verrekend worden met de wedde van de militair.
De maaltijdcheques worden per kalenderdag toegekend onafhankelijk van de duurtijd van de prestatie. Voor de dagen waarop de militair geniet van het systeem “Gratis voeding” of “voeding ten laste van de staat”, evenals voor de volledige dagen van afwezigheid om gezondheidsredenen, verlof, dienstontheffing, compensatie in tijd,… zullen geen maaltijdcheques worden afgeleverd.
Elke militair zal in het bezit gesteld worden van een elektronische maaltijdchequekaart. Op het einde van de maand volgend op de maand waarop hij prestaties heeft geleverd zal een bedrag op de elektronische maaltijdchequekaart gecrediteerd worden volgens het aantal dagen recht op maaltijdcheques. Daarnaast kunnen eventuele regularisaties van vorige perioden uitgevoerd worden.
De datum van inwerkingtreding van het ontwerp van koninklijk besluit betreffende de toekenning van maaltijdcheques is afhankelijk van de verdere verwerking door de administratieve en politieke instanties. Het is de bedoeling van de minister om in het najaar van 2021 de eerste maaltijdcheques aan militairen toe te kennen.
Wat zijn maaltijdcheques?
Maaltijdcheques zijn cheques die werknemers in België maandelijks kunnen ontvangen als extralegaal deel van hun salaris. Het is een van de fiscale en parafiscale vrijstellingen in het Belgisch fiscaal stelsel.
Het toekennen van maaltijdcheques gebeurt per gewerkte werkdag. In geval van afwezigheid ontvang je geen maaltijdcheque. Op die manier werken maaltijdcheques niet enkel motiverend, maar vormen ze ook een goed middel tegen absenteïsme.
Akkoord ACV Defensie
ACV Defensie gaf als advies een “Akkoord” op dit ontwerp van koninklijk besluit betreffende de toekenning van maaltijdcheques aan bepaalde militairen in werkelijke dienst.
Maar toch is ACV Defensie zwaar ontgoocheld over de manier waarop het ene knelpunt direct werd opgelost terwijl de overheid, zonder degelijke motivatie, weigerde het andere knelpunt op te lossen.
Opgelost knelpunt: Toekennen van maaltijdcheques aan hogere officieren tijdens een dienstreis.
Voor het eerste knelpunt liet de militaire overheid in het koninklijk besluit van 18 maart 2003 houdende bezoldigingsregeling van de militairen van alle rangen en betreffende het stelsel van de dienstprestaties van de militairen van het actief kader beneden de rang van officier, de regel die aangeeft dat de vergoeding hogere kaderleden toegekend wordt ter compensatie van “voedingskosten, ontstaan uit hoofde of naar aanleiding van dienstverplaatsingen” in België schrappen. Deze aanpassing werd door de militaire overheid doorgeduwd in de onderhandeling over de verloning van de militairen (dossier N526) ondanks de vraag van ACV Defensie om dit te behandelen tijdens de onderhandeling van de maaltijdcheques.
Niet opgelost knelpunt: Toekennen van maaltijdcheques aan militairen die in andere werkritmes zijn tewerkgesteld.
Het tweede knelpunt handelt over het toekennen van maaltijdcheques aan militaire personeelsleden die tewerkgesteld worden als nachtwaker, in ploegendienst, arbeidsritmes, … Dit type van tewerkstelling wordt gedefinieerd in fiches in het reglement TRAVARB.
In het huidige ontwerp van koninklijk besluit wordt één maaltijdcheque per kalenderdag toegekend, ongeacht de duur van de prestatie. Het principe van één maaltijdcheque per kalenderdag is nadelig voor het personeel tewerkgesteld als nachtwaker, in ploegendienst of met arbeidsritmes omdat deze personeelsleden afhankelijk van de functie per arbeidsdag tussen de 12 uur en de 24 uur presteren. Deze personeelsleden dienen op jaarbasis een gemiddelde van 38 uur per week te presteren zoals voorzien voor de andere militairen, maar vervullen dit op minder dagen gezien de duur van hun arbeidsprestatie. Hierdoor worden zij bij het toekennen van maaltijdcheques benadeeld ten opzichte van de militair die 38 uur per week verricht aan een gemiddelde van 7 uur 36 minuten per dag.
ACV Defensie vroeg de overheid om in uitvoering van de richtlijnen van de Sociale Zekerheid (zie https://www.socialsecurity.be/employer/instructions/dmfa/nl/latest/instructions/salary/particularcases/lunchcheques/salaryfeatures.html) voor deze personeelsleden de alternatieve telling toe te passen.
Alternatieve telling
Onder bepaalde voorwaarden kan een werkgever opteren voor een alternatieve telling van het aantal dagen waarvoor een maaltijdcheque moet worden toegekend:
- als er verschillende arbeidsregelingen zijn voor prestaties binnen de groep van voltijdsen en/of
- als er verschillende arbeidsregelingen zijn voor prestaties binnen de groep van deeltijdsen.
Als er binnen een groep verschillende arbeidsregelingen zijn, dan mag de alternatieve telling toegepast worden enkel voor deze groep of voor heel de onderneming. Dit systeem biedt aan de werkgevers de mogelijkheid om ongelijkheden te voorkomen tussen werknemers die in een systeem met gelijke arbeidsduur zijn tewerkgesteld maar een verschillende arbeidsregeling hebben.
Enkel ondernemingen die verplicht zijn om bij meerprestaties artikel 26bis van de arbeidswet van 16 maart 1971 toe te passen, kunnen van het systeem gebruik maken. Openbare instellingen kunnen naar analogie gebruik maken van dit systeem, ook al vallen ze niet onder deze wet.
Telling:
Aantal effectief gepresteerde uren van de werknemer tijdens het kwartaal / normale dagduur in de onderneming en afronden op de hogere eenheid.
Het aantal maaltijdcheques moet beperkt worden tot het maximum aantal werkbare dagen van de voltijds tewerkgestelde werknemer in de onderneming.
De militaire en politieke overheid weigert dit echter toe te passen voor hun personeel met andere werkritmes. Hierdoor worden deze personeelsleden benadeeld ten opzichte van hun collega’s die in een normaal arbeidsritme werken.
Conclusie
ACV Defensie stelt weeral eens vast dat knelpunten op initiatief van de overheid kunnen worden weggewerkt als het gaat over de categorie van de hoger officieren. De vergoeding van hogere kaderleden werd toegekend ter compensatie van bepaalde in België gedragen kosten. Door het schrappen van twee van deze compensaties waardoor andere rechten worden geopend, zonder het bedrag van 2.000 € aan te passen, zorgt dit op zijn beurt voor een verhoging van de toegekende rechten.
Schril daartegenover staat de weigering om de alternatieve telling toe te kennen voor het personeel dat tewerkgesteld is in andere werkritmes en tot lager personeelscategorieën behoort. Nochtans wordt die mogelijkheid door de sociale zekerheid voorzien.
ACV Defensie betreurt dat de minister het standpunt van de militaire overheid volgt en zo een gedeelte van het militair personeel benadeeld.
Download de "pdf" versie van deze nieuwsbrief