28 september 2019

 

Concept tijdsparen ondermaats voor verhoging attractiviteit

Het concept tijdsparen

Het concept tijdsparen zorgt er enerzijds voor dat bepaalde bestaande periodes van afwezigheid die niet verbruikt zijn binnen de momenteel voorziene termijnen, toch verder in de tijd kunnen vooruitgeschoven worden.

Concreet betekent dit:

  • Dat je de uren boven de 38 uur die momenteel op het einde van het semester worden uitbetaald omdat deze niet overdraagbaar zijn naar het volgend semester, nu kan opsparen in een tijdspaarpot of laten uitbetalen.
  • Dat de niet opgenomen uren in het kader van de variabele arbeidstijd (met een max van 3 uur) automatisch worden overgedragen naar de tijdspaarpot.
  • Dat het personeel in ploegendienst en het wachtpersoneel zal kunnen kiezen of de teveel gepresteerde uren boven de 200 uur worden uitbetaald of overgedragen naar de tijdspaarpot.
  • Dat de niet opgenomen dagen van de 3 dagen van het departement op 1 mei van het jaar volgend op de toekenning ervan, automatisch worden overgedragen naar de tijdspaarpot.
  • Dat de dagen toegekend in het kader van de transformatie, indien ze niet worden opgenomen, automatisch in de loopspaarpot terechtkomen.

Anderzijds voorziet het concept tijdsparen in een bijkomende compensatie in tijd van 2 uur per 24 uur voor uithuizigheid. Aan de officieren, die niet over compensatie in tijd beschikken, wordt 0,2632 dagen toegekend. Dit wordt toegekend voor langdurige prestaties zoals “intensieve dienst”, “operationele inzet”, … , maar ook voor zendingen waarbij je niet de mogelijkheid hebt om dagelijks huiswaarts te keren.

Concreet ontvangt de militair:

  • In de deelstanden “intensieve dienst”, “operationele inzet”, “hulpverlening”, “militaire bijstand” per 24 uur een bijkomende compensatie in tijd van 2 uur.
  • De militair op zending die in de onmogelijkheid verkeert om dagelijks naar zijn woonplaats terug te keren zal eveneens deze 2 uur compensatie in tijd ontvangen voor zover de periode van 00.00 uur tot 05.00 uur volledig inbegrepen zijn in de zending.
    Let op! Voor de militairen die een statutaire cursus volgen zal de toekenning van uithuizigheid beperkt worden tot maximum 152 uur per academiejaar dat loopt van 1 augustus van het jaar x tot 31 juli van het jaar x+1.

De militairen in de deelstand “in vorming” hebben geen recht op uithuizigheid behalve voor de kandidaten die deelnemen aan sociale promotie, promotie op diploma of overgang en voor de kandidaten die in een afwachtingsstage of afwachtingsperiode worden gestuurd voor zover ze de militaire initiatiefase hebben afgesloten.

Daarnaast kan de militair:

  • Per twee jaar maximum 20 dagen opnemen vanuit zijn loopbaanspaarpot
  • Per jaar vragen om een deel van de spaarpot uit te betalen. 

De oorsprong

Al in september 2016 toont ACV Defensie met zijn studie over “inzetbaarheid, belasting en verloning van de militairen” aan dat de forfaitaire berekening in tijd en in geld ervoor zorgen dat militairen goedkope arbeidskrachten zijn. Toen al, drongen we erop aan dat militairen een eerlijke verloning moeten krijgen op basis van uitgevoerde prestaties waarbij elk uur in rekening dient te worden gebracht en vergoed wordt hetzij in tijd, hetzij financieel.

Maar ook enkele maanden later, op 27 januari 2017, geeft ACV Defensie in zijn "Memorandum - Pensioenleeftijd militairen - Zware Beroepen" aan dat Defensie, gezien de drastische regeringsvoorstellen over de pensioenen van de militairen, zijn bijdrage zal moeten leveren door het voorzien van een interne uitstapmaatregel (een soort disponibiliteit als compensatie van de vele niet vergoede uren tijdens de loopbaan).

Tijdens de pensioenonderhandelingen heeft dit geleidt tot het creëren van een systeem van loopbaansparen.

Aangezien dat vandaag de pensioenhervorming nog niet gerealiseerd is, heeft ACV Defensie erop aangedrongen de maatregelen van het loopbaansparen nu al te realiseren. Op die manier kunnen de militairen al tijd bijeen sparen in afwachting van toekomstige pensioenmaatregelen. Dat concept werd omgedoopt tot “tijdsparen”.

Uithuizigheid: cadeau of correctie?

De uithuizigheid, zijnde de 2 uren per periode van 24 uur die de militair in de deelstanden “intensieve dienst”, “operationele inzet”, “hulpverlening”, “militaire bijstand” zal krijgen, kunnen we niet beschouwen als een grote tegemoetkoming van de overheid.

Vanaf de start van het overleg heeft ACV Defensie duidelijk aangegeven dat een minimum van 3 uur uithuizigheid noodzakelijk zijn om naar een correcte verloning te evolueren.

De Directeur Generaal Human Resources (DGHR) was echter niet bereid hieraan tegemoet te komen.
Voor hem was 2 uur het absolute maximum.

Waarom 3 uur uithuizigheid?

Het vergoedingssysteem van Defensie is gebaseerd op de toekenning van een forfaitaire vergoeding van 5/1850ste per 24 uur prestatie in voornoemde deelstanden.

Bij onze wervingsconcurrenten op de arbeidsmarkt, zoals politie wordt een uur per uurvergoeding voorzien voor overuren, verhoogd met een percentage van 20% voor avonduren (tussen 19.00 uur en 22.00 uur) en een percentage van 35% voor de nachturen (tussen 22.00 uur en 06.00 uur). Voor diezelfde prestaties op feestdagen of weekenddagen komt daar nog eens 100% vergoeding bovenop. (200%, 220% en 235%).

Voor Defensie betekent dit dat van de 24 uur dat een militair ter beschikking staat van zijn werkgever “Defensie”, er slechts 12 uur en 36 minuten worden betaald. Dit betekent 7 uur en 36 minuten die de militair moet werken in een 38 urenweek en 5 bijkomende uren uit het forfaitair vergoedingssysteem. De andere 11 uur en 24 minuten worden op geen enkele manier vergoed.

Zelfs al nemen we aan dat de militair per periode van 24 uur, 8 uur van zijn nachtrust zou kunnen genieten, dan nog blijven er 3 uur en 24 minuten over die niet worden vergoed. En dan wordt er nog niets toegekend voor de 8 uur nachtrust waarbij de militair onder bevel staat en stand-by moet blijven.

Dus het vragen van minimum van 3 uur uithuizigheid is zeker niet overdreven.

In verschillende vergelijkingscases tussen het vergoedingssysteem van de politie en van de militairen die ACV Defensie maakte, stellen we vast dat met een volledige verrekening van de bijkomende vergoedingen (5/1850, WE-toelage) en een volledige verrekening van bekomen compensatie en uithuizigheid (aan 1/1850 per uur) voor de militair elk uur als gewoon uur wordt vergoed bij het toekennen van 3 uur uithuizigheid.

Dit bedrag ligt nog steeds lager dan wat de politie uitgekeerd zou krijgen, doch, afgezien van de 8 uur nachtrust zouden alle andere uren aan ongeveer 100% worden vergoed afhankelijk van de uitgevoerde opdracht.

Een voorbeeld ter verduidelijking

Als reëel voorbeeld nemen we een sergeant die in de maand maart 2019 twee weken in intensieve dienst werd geplaatst, zijnde van maandag 11 maart om 07.30 uur tot vrijdag 22 maart 17.00 (inclusief ingesloten weekend).

Het totaal aantal gepresteerde uren voor die maand (met 8 uur per nacht intensieve dienst in mindering gebracht) bedraagt 269 uur, daar waar in een normale 38 urenweek slechts 160 uur zouden moeten worden gepresteerd.

Indien de inspecteur van politie deze prestatie zou uitvoeren (fictief want politie heeft geen 24 urendiensten), dan zou deze voor die 269 uur een loon ontvangen dat overeenkomt met 308 uur. Dit is gelijk aan een betaling van ruim 114% per gepresteerd uur.

De sergeant die vandaag de dag deze prestatie uitvoert zou voor die 269 uur een loon ontvangen dat overeenkomt met 244 uur. Dit is gelijk aan een betaling van slechts 90,65% per gepresteerd uur.

Kennen we die sergeant voor de prestatie van intensieve dienst per 24 uur, 2 uur uithuizigheid toe, dan komt zijn loon dat hij ontvangt overeen met 266 uur. Dit komt nog altijd maar overeen met een betaling van 98,83% per gepresteerd uur.

Kennen we echter 3 uur uithuizigheid toe, dan komt het loon dat de sergeant ontvangt overeen met 277 uur, zijnde een betaling van 102,93% per gepresteerd uur.

Door het toekennen van 3 uur uithuizigheid wordt elk uur vergoed, zonder dat er een verhoging wordt toegekend voor avonduren, nachturen en weekend- of feestdaguren. Doordat de politie wel een verhoging geeft voor deze uren stellen we vast dat de militair die 3 uur uithuizigheid zou krijgen nog steeds 11,42% minder verdient dan de inspecteur van politie die dezelfde opdracht zou uitvoeren.

En dan wordt er nog geen enkele rekening gehouden met de 8 uur nachtrust die de militair verplicht op de plaats van opdracht moet doorbrengen.

"Het toekennen van 2 uur uithuizigheid aan militairen is
geen cadeau maar wel nog steeds een ondermaatse
regularisatie (correctie) van uitgevoerde prestaties!"

Meer en betere attractiviteitsmaatregelen zijn noodzakelijk

Tijdsparen is eerste stap naar een marktconforme verloning. Maar eveneens is het belangrijk om de basiswedde, waarop onder andere de betaling van vergoedingen en tijdsparen (1/1850ste per uur) wordt berekend, concurrentieel te maken.

Het koninklijk besluit van 18 maart 2003, die de tussentijdse verhogingen van de weddebarema’s herschikte, gaf toen al aan dat deze maatregelen onontbeerlijk waren om de attractiviteit van het beroep van militair te verbeteren en de werving van jonge rekruten op geldelijk vlak aantrekkelijker te maken ten opzichte van andere sectoren op de arbeidsmarkt.

Hieronder vindt u als voorbeeld een vergelijking tussen de wedde evolutie van de vrijwilliger bij Defensie en de agent van Politie

Vergelijking wedde evolutie vrijwilliger defensie met agent van politie

Op de verticale as vindt u de bruto weddebedragen volgens barema aan 100%. Op de horizontale as vindt u evolutie van de jaarlijkse/tweejaarlijkse opslagen volgens het weddebarema waarbij de agent van de politie zijn eindwedde (22.285,77 €) volgens barema bereikt na 25 jaar dienst en de eerste-korporaal-chef zijn eindwedde (19.800,00 €) volgens barema bereikt na 29 jaar dienst.

Naast het competitiever maken van Defensie op de arbeidsmarkt met de beperkte middelen die toen beschikbaar waren, werd eveneens in dit koninklijk besluit aanbevolen om op termijn een marktconforme verloning voor militairen te bewerkstelligen.

ACV Defensie stelt echter vast dat, ondanks onze verschillende studies waaronder deze over een attractieve verloning van militairen (maart 2019), de overheid weinig bereidheid toont om ingrijpende maatregelen te nemen.

Conclusie

Om de attractiviteit van het militair beroep te verhogen zal veel meer nodig zijn dan het toekennen van 2 uur uithuizigheid.

Een correcte uur per uur toelage die rekening houdt met avond-, nacht-, weekend- en feestdaguren en een financiële tegemoetkoming voor het verplicht doorbrengen van de nacht op de plaats van de opdracht zijn naast een volledige marktconforme weddeherziening minimumvoorwaarden om Defensie opnieuw attractief te maken. En daarbovenop moet dringend de work-life balance voor het militair personeel in evenwicht worden gebracht door het invoeren van beschermingsmaatregelen. (zoals een maximum jaarprestatie, arbeidstijd en rusttijden, …)

De jarenlange verwaarlozing van het departement Defensie hebben geleid tot de huidige wervingsproblemen bij Defensie. Het wordt tijd dat de Defensiestaf hierover een duidelijke boodschap geeft aan de politiek!

Militairen zijn geen tweederangsburgers dus:

"Marktconformiteit moet de boodschap zijn!"

U kunt de verschillende dossier waarover werd gesproken terugvinden op de homepagina van onze website www.acvdefensie.be

 


Download de "pdf" versie van deze nieuwsbrief